Veel bedrijven in de procesindustrie besteden te weinig aandacht aan hun onderhoudsstrategie. Hun KPI’s en prestatie-indicatoren sluiten vaak niet goed aan bij de onderhoudsdoelstellingen in de productie en het volgen van de juiste maatregelen. Zo kunnen ze lastig keuzes maken bij onderhoudsmanagement en -prestatiemetingen.
Het implementeren van managementsoftware is niet altijd voldoende. De meeste bedrijven weten onvoldoende welke doelen ze nastreven met hun onderhoud. Als gevolg daarvan weten ze niet welke onderhoudsindicatoren en Key Performance Indicators (KPI’s) prioriteit hebben. Ondanks dat de procesindustrie in vergelijking met andere industriële sectoren ongetwijfeld voorop loopt in onderhoudsmanagement, kan het onderhoud nog steeds veel beter.
Veel bedrijven meten vooral zogenoemde ‘lagging’ indicatoren, de resultaten van onderhoudsinspanningen en die betrekking hebben op het verleden, zoals de efficiency van installaties, de onderhoudskosten in relatie tot de totale productiekosten en veiligheid- en milieu incidenten. Er is daarentegen minder aandacht voor ‘leading’ indicatoren en dat is zeer onterecht. Meten doet u namelijk niet alleen om te weten hoe het nu gaat, maar vooral ook om te kunnen voorspellen hoe het in de toekomst zal gaan. ‘Leading’ indicatoren betreffen de onderhoudsprocessen zelf en gaan over die toekomst. Ze zijn net zo belangrijk als ‘lagging’ factoren en moeten goed in de gaten worden gehouden. Voorbeelden van ‘leading’ indicatoren zijn:
Daarnaast is het belangrijk dat de KPI’s die u hanteert voor de beoordeling van het onderhoudsmanagement goed aansluiten bij de onderhoudsdoelstellingen van het bedrijf. Zo kunt u deze KPI’s ook gebruiken bij het maken van onderhouds- en managementbeslissingen. Het is daarbij wel belangrijk dat u het aantal KPI’s dat u opstelt beperkt houdt.
Onderhoud is lastig te meten, in tegenstelling tot de productie. Verder speelt het een rol hoe medewerkers met de installaties omgaan en wat de operationele capaciteit is (draait productie overcapaciteit, of juist niet?). Tot slot is ook het type producten van belang, zijn ze agressief of niet? Dit heeft allemaal veel invloed op het onderhoudsproces. Ook de resultaten van onderhoud zijn moeilijk te detecteren. Als een onderhoudsbeurt niet goed was, blijkt dit pas maanden later en over het algemeen geldt de regel ‘geen nieuws, is goed nieuws.’ Positieve feedback ontbreekt en dat kan frustrerend zijn voor onderhoudspersoneel. Om deze redenen zijn levenscyclusmanagement en totale levensduurkosten erg belangrijk bij onderhoud.
Bij een slechte economie lijkt het besparen op onderhoudskosten een verstandige beslissing, maar niet voor lang. Veel bedrijven die dit doen en dus lagere onderhoudskosten per product hebben, lopen aan tegen een sterke stijging van de onderhoudskosten per product bij een aantrekkende economie. Ontwikkel voor uw bedrijf dus een langetermijn-onderhoudsstrategie. Voorbeelden van dit soort strategieën zijn: curatief onderhoud, preventief onderhoud, inspectief onderhoud, toestandsafhankelijk of predictief onderhoud, periodiek onderhoud en gepland onderhoud. Dit onderhoudsbeleidsplan moet aansluiten bij het beleidsplan voor de onderneming, zodat deze strategieën wel samen gaan en elkaar versterken in plaats van tegenwerken. Het is daarom van belang dat de strategie ook wordt doorvertaald in concrete doelstellingen voor de onderhoudsdienst.
Ieder bedrijf wil optimaliseren: minimale kosten, maximale beschikbaarheid, veiligheid en dergelijke meer. Het probleem echter is dat er vaak geen prioriteiten worden gesteld. Dit is een zwaktebod in iedere strategie, maar ook op economisch vlak. Zo kan apparatuur voortdurend worden gemonitord, maar dat kost natuurlijk veel geld. Kijk dus altijd zeer goed naar de return on investment (roi) in relatie tot totale levensduurkosten van een procesinstallatie voordat u gaat prioriteren.
Door de komst van allerlei management software systemen zijn er hoeveelheden data beschikbaar. Helaas wordt er vaak nog niet veel mee gedaan. Mocht u zo’n systeem aanschaffen, zorg er dan voor dat hij op maat wordt gemaakt en dat uw KPI’s en indicatoren worden geprogrammeerd. Daarnaast is het belangrijk dat bijvoorbeeld uw datafiles voor storingen worden gekoppeld aan de kosten. Zo kunt u de software optimaal gebruiken.
E-maintenance is een web gebaseerd monitoringssysteem, waarbij real-time informatie wordt geanalyseerd en de installatietoestand en de evolutie daarvan worden gemodelleerd. Klinkt interessant natuurlijk, want zo kan de nood aan onderhoud van de installatie worden voorspeld en daar op in worden gespeeld. Vraag blijft wat u als bedrijf uiteindelijk doet met de informatie met behulp van beslissingsondersteunende modellen. Want u krijgt fantastische real-time informatie over de conditie van de machine maar moet wel beslissen wat u ermee doet voor het onderhoud van de installatie.
De visie van bedrijven op de onderhoudsstrategie kan worden omschreven in vier stadia: 1. Intern neutraal onderhoud Bedrijven in dit stadium hebben een erg conservatieve kijk op onderhoud. Onderhoud wordt beschouwd als ‘noodzakelijk kwaad’, een pure overhead van productie. 2. Extern neutraal onderhoud Bedrijven hebben aandacht voor het verbeteren van het onderhoud maar de interne expertise om dit effectief te doen ontbreekt nog. 3. Intern ondersteunend onderhoud Bedrijven koppelen hun onderhoudstrategie aan hun productie- en bedrijfsstrategie. Onderhoud wordt nog niet beschouwd als een bron van competitief voordeel. Ook hier wordt het volle potentieel van onderhoud nog niet benut. 4. Extern ondersteunend onderhoud Bedrijven zien onderhoud als een mogelijkheid om productiviteit en winstgevendheid te verbeteren. Onderhoud wordt beschouwd als één van de belangrijkste manieren om competitief voordeel te realiseren.
Volg bij ons een opleiding Maintenance Engineering.
Bron: Maintenance Benelux