Opleving industriële productie; tijdelijk of blijvend?

Voor het eerst sinds lange tijd lijkt de mondiale industriële productie weer te groeien. Wat zowel inkoopmanagers als producenten optimistisch stemt. Immers, een aantrekkende wereldhandel stimuleert ook de export van Nederland. De vraag is nu: is deze opleving tijdelijk of blijvend?

Volgens cijfers van het Centraal Planbureau (CPB) is de mondiale productie in september 2013 met 2,6% toegenomen. Ook steeg de wereldhandel en nam tevens de import toe, en dan vooral in Azië en Midden- en Oost-Europa. De grootste problemen ondervinden landen binnen de eurozone. Want hoewel de export toenam, blijft de industriële productie ook na bijna 2 jaar nog steeds krimpen. Reden hiervoor is de dure euro, waardoor het aantal buitenlandse orders maar moeizaam toeneemt.

Toename Nederlandse industriële productie

De Nederlandse industriële productie is, na 8 maanden van krimp, weer gegroeid. Bovendien is er alle reden om aan te nemen dat de marktomstandigheden in de industrie de komende maanden verder zullen herstellen. Niet alleen blijkt uit de cijfers dat de economie uit de recessie is; ook de indexeringen rondom de handel nemen toe. Ter vergelijking, deze indicator is al sinds medio 2011 niet meer positief geweest.

Export en groei

Hoewel de exportwaarde over het algemeen nauwelijks toenam, wordt desondanks verwacht dat de export de komende tijd zal aantrekken en de verwachtingen zijn op korte termijn gunstig. Wat bijvoorbeeld tegenvalt is de export van chemische producten, fabricaten van onder andere: leer, rubber, staal, metaalwaren, papier, en machines & vervoermaterieel. Ook de nationale markt presteert relatief slecht in vergelijking met ander landen uit de eurozone. Voor de industrie die zich richt op de Nederlandse bouw of afhankelijk is van consumentenbestedingen – denk aan rubber- en kunststofindustrie - blijven de marktomstandigheden uitdagend. Voor sectoren die zich op buitenlandse activiteiten richten ziet de toekomst er gunstiger uit. Zo is het aantal buitenlandse orders in de transportmiddelenindustrie, de machine-industrie en de metaalproductenindustrie gestegen. Bovendien wordt er steeds meer geëxporteerd naar landen buiten de eurozone zoals Rusland, China en Brazilië. De exportmogelijkheden en de markt in deze landen blijven relatief gezien goed. Verder zijn de marktomstandigheden in met name Duitsland en de vraag vanuit Duitsland naar Nederlandse industriële (half)fabricaten zeer gunstig. Dit alles zal de Nederlandse economie en de industriële productie de langverwachte ‘boost’ geven.

Voorzichtig herstel

Voor 2014 wordt verwacht dat voor alle sectoren de industriële productie weer zal aantrekken. De mondiale handel groeit met 6,5% jaar op jaar in 2014, de economische groeiverwachting voor Duitsland de belangrijkste handelspartner van Nederland - is gunstig (toename van 2,0% jaar op jaar ) en wereldwijd zal ook het sentiment onder consumenten en producenten verbeteren. Over het algemeen gezien wordt er dit jaar een volumegroei verwacht van 2% jaar op jaar . Voor een groot deel leunt de industrie dus met name op export en vooral sectoren die exportgericht zijn, zullen profiteren. Denk aan de exportquote van de machine-, chemische- en basismetaalindustrie die op een hoger niveau liggen dan bijvoorbeeld de metaalproducten- en bewerkingsindustrie. Echter, dat neemt niet weg dat het herstel van de wereldeconomie nog zeer breekbaar is en de risico’s groot. De overall conclusie is dat de economie in 2014 met 0,4% jaar op jaar zal toenemen, wat helaas geen overtuigend herstel betekend. De consumentenconsumptie blijft krimpen en daarmee groeit de Nederlandse economie in 2014 dan ook mondjesmaat. In 2015 neemt de productie verder toe en ook in eurozone wordt voor dat jaar een voorzichtig herstel verwacht, mede dankzij de aantrekkende wereldhandel en een voorzichtig meer bestedende consument.  

Bron: abnamro.nl