In 2012 bedroeg de markt voor sportvoedingen en -dranken ruim 17 miljard euro. De verwachting is dat deze in 2019 is gegroeid tot ruim 31 miljard euro. Maar is hier sprake van een gezonde trend, slimme marketing of overbodige luxe? Volgens deskundigen wordt het nut van sportvoeding en sportdranken vaak overschat. Sportend Nederland ziet op tv grote atleten gebruikmaken van drankjes, gels, shakes en supplementen en raakt ervan overtuigd dat als je gaat sporten die voeding en drank noodzaak is. Biologisch gezien is er echter zelden een reden om normale voeding te vervangen door sportvoeding. Sterker nog: het is nog ongezond ook. Voedingsexperts raden het gebruik ervan dan ook in de meeste gevallen af.
Wat wel of niet gebruiken?
Bij flinke fysieke inspanning heeft het lichaam extra vocht en koolhydraten nodig. Na een uur intensief bewegen is namelijk de eigen voorraad op en moet deze worden aangevuld. Voor topatleten of duursporters die op de top van hun kunnen presteren (bijvoorbeeld tijdens een wedstrijd) is sportdrank een uitkomst. Het vult de energievoorraad onmiddellijk aan en voorkomt dat je te maken krijgt met de spreekwoordelijke man met de hamer. Helaas bevatten deze sportdranken tot wel 16 gram suiker per 100 milliliter. Dat is meer dan het dubbele van de aan te raden hoeveelheid. Sportgels zijn met 23 gram suiker per 100 milliliter nog slechter voor het lichaam. Bovendien leveren ze bijna geen vocht en dat is nu juist waar het lichaam behoefte aan heeft. Tijdens trainingen en voor sporters die alleen op piekmomenten prestaties moeten leveren is sportdrank dan ook niet aan te raden. Deze sporters zijn beter af met melk of nog beter: water, al dan niet aangelengd met wat siroop. Ook isotone sportdranken kunnen uitkomst bieden, omdat deze de dorst lessen en weinig suiker bevatten. Eiwitshakes na afloop van een training voegen daarentegen niets toe. Een boterham of een schaaltje yoghurt levert hetzelfde effect op, maar heeft als bijkomend voordeel dat het ook de overige voedingsstoffen aanvult: zetmeel, eiwit, vezels, vitaminen en mineralen.
Van drankjes en shakes naar puur natuur!
Volgens sportdiƫtisten is het daarom verstandig minder snel naar sportvoeding of voedingssupplementen te grijpen en vaker 'gewoon' te eten. Niet alleen is het beter voor de aanvulling van voedingsstoffen, maar de bloedsuikerspiegel blijft ook nog eens stabieler, waardoor het effect langer merkbaar is. De beste manier om de energievoorraad aan te vullen, is dan ook door tussentijds een korte pauze in te lassen en even de tijd te nemen om wat te eten. Een banaan of een boterham met pindakaas doet al gauw wonderen. Stilstaan om vooruit te komen dus. Natuurlijk is dit tijdens een (duur)wedstrijd geen optie, maar in alle andere gevallen luidt het advies: gebruik alleen sportvoeding als het echt niet anders kan!
Deskundigheid
Nemen sport en bewegen in uw leven een belangrijke plaats in en wilt u meer verdieping over deze onderwerpen? NCOI biedt een groot aantal opleidingen op het gebied van Sport, Bewegen en Vrije tijd.
Bron: De Stentor