De ontwikkeling van elektrische voertuigen staat op dit moment volop in de belangstelling en geleidelijk aan zien we ook steeds vaker elektrisch aangedreven voertuigen deelnemen aan het wegverkeer. Vooral de elektrische fiets is in Nederland een waar succesnummer geworden maar met de elektrische auto lijkt het niet zo te willen vlotten.
Reden hiervoor is dat vooral de ontwikkeling en de mogelijkheden van het accupakket nogal achterblijft bij de eisen die de hedendaagse automobilist stelt aan de actieradius van zijn voertuig. Zo’n vier- tot vijfhonderd kilometer zonder te tanken moet tenminste gehaald kunnen worden en dat blijkt met de huidige accutechnologie een onmogelijke opgave. Vaker en sneller onderweg opladen zou een optie kunnen zijn om de actieradius van het elektrisch voertuig toch te vergroten zolang de automobilist er niet te veel beperkingen door ondervindt. Technisch gezien is dit niet zo’n probleem maar hier blijken logistiek en financiering een behoorlijke ‘hobbel’ op het pad van de geëlektrificeerde automobilist te vormen.
Het uitbreiden van het aantal laadpunten vraagt namelijk om twee omvangrijke investeringen. Ten eerste in de plaatsing en aansluiting van de laadpunten zelf en ten tweede in de verzwaring van de bestaande elektrische infrastructuur. Met name dit laatste punt lijkt op dit moment in sommige Europese landen zoals Duitsland zelfs een ‘showstopper’ te worden ondanks het feit dat men ook daar wel doordrongen is van het feit dat fossiele brandstoffen uiteindelijk opraken. Het ziet er naar uit dat het succes van de elektrische auto niet slechts aan technische factoren gebonden is maar ook behoorlijke inspanningen gaat vragen op logistiek, financieel en organisatorisch terrein: een mooie uitdaging voor technisch bedrijfskundigen!
Auteur: Paul de Bruijn, freelance Docent Technische Bedrijfskunde en Hoogspanningstechniek
Terug naar het artikeloverzicht