Bij lekkage kan de schade groot zijn, vooral als de lekkage niet
tijdig wordt ontdekt. Het is daarom van belang regelmatig lekcontroles uit te voeren. Zo kun je de emissie beperken of zelfs voorkomen.
Het risico op lekkage is aanzienlijk bij nieuwe apparatuur of onjuiste installatie. Voer dus altijd direct een lekcontrole uit na ingebruikname van nieuwe systemen. Dit geldt voor brandbeveiligingssystemen, stationaire koel-, klimaatregelings- en warmtepompapparatuur. Voor F-gassen staat deze verplichte controle beschreven in:
In enkele gevallen zijn periodieke lekcontroles verplicht. Dit staat opgenomen in de F-gassenverordening (EG 842/2006) in artikel 3 lid 2 en 4, en in de ozonverordening (EG 1005/2009) in artikel 23 lid 2. Periodieke controles zijn verplicht vanaf 3 kg vulling aan f-gassen of ozonlaag-afbrekende stoffen. Dit geldt voor brandveiligheidssystemen, koel-, klimaatregelings- en warmtepompapparatuur. Bij een hermetisch afgesloten systeem is een periodieke lekcontrole verplicht vanaf 6 kg (zie hiervoor ook het hoofdstuk Hermetisch afgesloten systemen verderop in dit artikel). Er geldt een lagere lekcontrolefrequentie voor apparatuur gevuld met meer dan 30 kg die een goed werkend lekdetectiesysteem hebben. De tabel hieronder geeft de minimale controlefrequentie weer:
Hoeveelheid |
Lekcontrolefrequentie |
≥ 300 kg |
om de 3 maanden; bij f-gassen met naar behoren functionerend lekdetectiesysteem om de 6 maanden |
≥ 30 en < 300 kg |
om de 6 maanden, bij f-gassen met naar behoren functionerend lekdetectiesysteem om de 12 maanden |
≥ 3 en < 30 kg; hermetisch afgesloten ≥ 6 en < 30 kg |
om de 12 maanden |
Voordat je de controle kunt uitvoeren moet eerst worden vastgesteld hoeveel F-gassen of ozonlaag-afbrekende stoffen de apparatuur bevat. Dit mag alleen worden gedaan door een gediplomeerd persoon. Deze verplichting voor de gebruiker is vastgelegd in:
De strafbaarheidsbepaling staat in artikel 6 van het ozonbesluit en in het F-gassenbesluit art 3 lid 2c (voor koel-, klimaatregelings- of warmtepompapparatuur) en art 3 lid 2b (voor brandbeveiligingssystemen).
Let er bij controles op dat een gediplomeerd persoon eerst het logboek raadpleegt. Zo kan tijdens de controle extra aandacht worden besteed aan de plekken waar voorheen een lekkage was (art 3 EG 1516/2007). Gerepareerde delen blijven zwak, dus houdt deze extra goed in de gaten. Houd alle lekkages en oorzaken bij in het logboek (art 2 lid 4 EG 1516/2007).
Zoals eerder al gezegd geldt voor hermetisch afgesloten systemen gevuld met f-gassen of ozonlaag-afbrekende stoffen een periodieke lekcontrole vanaf 6 kg. Maar wat is een hermetisch afgesloten systeem eigenlijk? In de F-gassenverordening staat gedefinieerd dat alle delen die koudemiddel bevatten, afgedicht zijn door een permanente verbinding (door bijvoorbeeld lassen of solderen). Dit geldt ook voor afgedichte of beschermde toegangspunten die reparatie of verwijdering mogelijk maken. Ook moet er sprake zijn van een geteste lekkage van < 3 gr per jaar onder een druk van minstens een vierde van de maximale druk.
Op het etiket van het apparaat moet verplicht staan ‘hermetisch afgesloten systeem’ bij het vullen van F-gassen (art. 7 lid 1 F-gassenverordening en art. 2 lid 1d EG 1494/2007). Bij een vulling met ozonlaag-afbrekende stoffen moet het systeem als ‘hermetisch afgesloten systeem’ gemerkt zijn (art. 23 lid 2a van de ozonverordening). De aantoonplicht ligt bij het bedrijf, maar het hoeft in dit geval niet perse een etiket te zijn.
Heeft jouw bedrijf een lekdetectiesysteem, dan moet dit verplicht jaarlijks gecontroleerd worden (artikel 29b van de Regeling gefluoreerde broeikasgassen en gereguleerde stoffen koelinstallaties). Deze controleplicht geldt voor zowel apparatuur gevuld met f-gassen als ozonlaag-afbrekende stoffen waar een lekdetectiesysteem aanwezig is.
Bron Infomil